Xanta had een enorme werklust. Een grote "will to please" en dan vooral zichzelf. 2 november 2001 kwam zij als bijna-8-weken-oud pupje bij ons wonen. De volgende dag gingen wij voor het eerst naar puppycursus. Nadat ze daar doorkreeg dat er veel lekkers viel te verdienen met betrekkelijk eenvoudige handelingen als netjes meelopen, gaan zitten of liggen, gooide zij zich overal voor 100% in.

Zo bleek ze heel goed in G&G, gedrag en gehoorzaamheid, tegenwoordig Obedience genoemd. Zij heeft de officiële Cynophilia-diploma's G&G 1, 2 en 3 (het hoogst te behalen niveau). Elf jaar zijn we samen op G&G-cursus geweest. Daarnaast volgden wij workshops en privélessen om de puntjes op de i te kunnen zetten. Xanta vond alles best, had overal plezier in. Enkele jaren hebben wij ook deelgenomen aan de tweewekelijkse competitie met landelijke selectiewedstrijden voor de Nederlandse Kampioenschappen G&G. Drie keer wisten wij ons te kwalificeren. Het leverde een vijfde, een derde en een vierde plaats op (met een verschil van 0,3 punten op nummer 3). Bovendien werden wij in 2007 derde over de gehele competitie. Het was heel bijzonder dit mee te maken met een kooikerhondje; het merendeel van het deelnemersveld bestond uit combinaties met Border Collies en herdershonden (vooral Belgische en Hollandse). De eerste keer dat wij een selectiewedstrijd wonnen, voelde ik mij apetrots! En wanneer ik de verhalen teruglees die ik heb geschreven na onze belevenissen samen, voel ik dat opnieuw. Het zijn herinneringen om te koesteren.

 

Eigenlijk was Xanta goed in alles wat zij doet. Of het nu G&G is, behendigheid of Apporteren/dirigeren, het lijkt alsof al die vaardigheden in haar genen zaten. Ze was een echte werkhond. 

 

Thuis zocht ze ook graag "werkjes". Ze haalde de post, haalde mijn sloffen, bracht onderzetters terug naar de keuken, raapte gevallen voorwerpen op, kwam -zeker wanneer het etenstijd is- ongevraagd met allerlei dingen aanzetten waarvan ze dacht dat wij die misschien wilden hebben.

Ze was ook heel waaks. Het interesseerde haar niet wie er voor de deur of het tuinhek langslopen, maar niemand moest proberen zomaar naar binnen te lopen. Dan bewaakte ze ons territorium met verve.

Gingen we ergens naar toe, dan ging ze niet slapen. In de auto, op een wedstrijdterrein, tijdens een show... ze bleef voortdurend wakker en alert. Ze wilde niets missen.

 

Ook qua karakter was zij precies zoals een hond volgens mij zou moeten zijn. Ze was heel baasgericht, was gedisciplineerd, had doorzettingsvermogen, zelfs als ze iets in eerste instantie eng vond, ze zocht nooit conflicten op, had een natuurlijke uitstraling op andere honden waardoor ze respect afdwong, was aardig voor mensen en dieren, was bescheiden (behalve als het om eten ging...), en was ontzettend lief naar Yoline en Bijou. Ze was heel verzorgend, likte altijd ogen en oren van de andere twee, en verzorgde ook graag Yolines pups.

Haar enige minpuntje: ze was een pieper. In de auto, wanneer ze op haar beurt moest wachten bij examens, wedstrijden of het vullen van haar etensbak: ze wilde alles nú. Maar dat vergaven wij haar graag. Voor ons was zij een tóphond, waarvan wij heel blij zijn dat zij bijna 15 jaar bij ons heeft gewoond. Haar zicht en gehoor werden minder, ze werd wat eigenwijzer en was soms Oost-Indisch doof. Maar een kat herkende ze nog tot op het laatst. En lag ze voorheen boven, dan hoorde ze het nog heel lang wanneer ik in de keuken een schaar pakte om een yoghurtpak in stukken te knippen, die dan door de honden mochten worden uitgelikt.